Goed recept voor monchoutaart. Vooral de bodem vind ik lekkerder dan een hoop andere die ik heb geproefd. Bakken niet nodig!

Ingrediënten

720 gr kersen zonder pit (pot) – 200 gr volkorenkoekjes – 150 gr margarine – 250 ml slagroom (koud) – 200 gr monchou – 125 gr witte basterdsuiker – 1 zakje klopvast – 1 zakje vanillesuiker – zakje taartina (of ander gelatinepoeder).

Materiaal

Springvorm (of alternatief). Minstens 2 kommen om te mengen.

Bereiding

• Laat de kersen uitlekken en vang het vocht op.
• Verkruimel de koekjes (bijv. met een deegroller of vijzel).
• Smelt de boter in een pan op een matig vuur.
• Haal van het vuur en meng de koekjes erdoor.
• Vet de springvorm in.
• Verdeel het koekjesmengsel over de bodem en druk goed aan.
• Laat even afkoelen in de koelkast.
• Meng klopvast en vanillesuiker door de slagroom.
• Klop de slagroom stijf.
• Roer de monchou zacht met de basterdsuiker erdoor.
• Roer de slagroom door de monchou.
• Verdeel dit mengsel over de koekjesbodem in de vorm.
• Verdeel de kersen erover.
• Eventueel: Gelei maken (taartina) en erover.
• Flink laten afkoelen in de koelkast.

Tips

• Het is handig de bodem flink af te laten koelen voordat je de monchou erover verdeelt. Als hij niet helemaal hard is krijg je stukjes koek door je monchou. (Geen drama, maar net jammer).
• Zorg dat je slagroom koud is, anders wordt hij moeilijk stijf.
• Je kunt ook een blikje vlaaivulling gebruiken ipv de kersen en taartina. Zelf vind ik dat te zoet, maar smaken verschillen.
• De taartina maakt het (naar mijn smaak) niet lekkerder, maar wel mooier. Losse kersen staan wat sneu.

Bron

Weer zoiets wat ik vroeger thuis al maakte. Het recept komt van mijn moeder.